Gij die verschenen zijt, wees heden hier!

Vandaag is het 6 januari. Het feest van de verschijning van de Heer. De evangelielezing die bij dit feest hoort is Matteüs 2,1-12, het verhaal van de magiërs uit het Oosten die naar Betlehem komen naar Hij, die verschenen is, n.a.v. van een ster, de ster van Betlehem, die hun verschenen is in het Oosten. Vanwege dit verhaal heet Epifanie ook wel “drie koningen”, maar het waren geen koningen, ook al brachten ze vorstelijke geschenken mee, en van drie is ook al geen sprake. Er wordt geen aantal genoemd in Matteüs. Waar komen ze vandaan deze wijzen met hun geschenken? Het lijkt wel of ze uit de lucht komen vallen, alsof we het begin missen….

Er is een ander verhaal, waarvan we het begin weten, maar eigenlijk niet het eind. Daar gaat het over Zimran, Joksan, Medan, Midjan, Jisbak, Suach en eigenlijk ook nog over Ismaël. De eerste zes zijn zonen van Ketura en de laatste van Hagar. Zeven zonen, van Abraham van zijn bijvrouwen. We vinden het opgetekend in Genesis 25,1-11. En als achtste zoon, de tweede chronologisch, is er Isaak. Isaak is de erfgenaam, geen zoon van een bijvrouw, maar van zijn vrouw Sara. Er staat in Genesis 25: “Abraham gaf alles wat hij bezat aan Isaak.”

Hoe liep het dan af met die andere zeven zonen? “De zonen van bijvrouwen gaf hij nog tijdens zijn leven geschenken, en hij stuurde hen weg, naar (een land in) het oosten.” (Genesis 25,6). Dat verhaal heeft een niet bevredigend eind. Waarom moest dat nu zo? Zijn die zonen niet ieder het kind van de rekening? Als je het goed bekijkt niet zo’n mooie bladzijde in de geschiedenis van Abraham. Begeerte versus belofte. Wat is er gebeurd met die zonen?

Die keren terug in Matteüs 2 en ze nemen hun geschenken weer mee. Een verbinding van twee verhalen met een knipoog, maar met evenveel recht kunnen we stellen dat er zeven wijzen uit het oosten kwamen dan de drie of vier waar de traditie over spreekt.

In het prachtige lied van Niek Schuman “Abraham zond zijn zonen naar het Oosten” wordt het niet zo gunstige verhaal uit Genesis 25 een bevredigend slot gegeven in de verbinding met het verhaal uit Matteüs 2. Ook andere belangrijke schriftlezingen uit de tijd van Epifanie vinden hun plaats in het lied en worden met elkaar verbonden, zoals De doop van Jezus in de Jordaan en de bruiloft te Kana.

Het lied is te zingen op de melodie van Psalm 87, waar de regel “hen tellen als in Isrel ingelijfd”, niet onbelangrijk is. De volken komen in deze Psalm weer terug naar hun geboortegrond, Sion. In het licht van Genesis 25 een zeer positieve profetie in Psalm 87, waarvan we in Matteüs 2 de voorbode zien van de vervulling. Het begint bij de zonen van Abraham, die als wijzen uit het oosten terugkeren, naar de ware Zoon van Abraham, nazaat van Isaak, drager van de belofte.  Omdat de tekst van Psalm 87 zo bekend is, blijft hij meeklinken met dit Epifanielied.

Abraham zond zijn zonen naar het oosten, 2e strofe, melodie Jan Pasveer

Jan Pasveer maakte bij de melodie een tegenstem. De bedoeling is dat de mannen de eerste strofe en de derde strofe zingen op de melodie van Psalm 87 en dat de vrouwen de tweede en de vierde strofen op de melodie van Jan Pasveer. Bij die tegenstem is ook nog en zetting voor orgel, maar die kan ik hier niet laten zien.

De vijfde en zesde strofe worden dan gezongen met de dubbelmelodie, dus door mannen en vrouwen samen. Je kan natuurlijk ook het hele lied op de melodie van Psalm 87 zingen en dat zal zonder instuderen de enige mogelijkheid zijn.

Richard C. Vervoorn

ABRAHAM ZOND ZIJN ZONEN NAAR HET OOSTEN

1 Abraham zond zijn zonen naar het Oosten
de weg terug, bevolen aan hun lot;
zij gingen met geschenken, maar geen God,
geen woord of wet, geen Schrift om hen te troosten.

2 Toch leerden zij de taal der sterren lezen,
totdat een eind kwam aan hun lange nacht,
de ster heeft hen in Betlehem gebracht:
de laatsten zullen hier de eersten wezen.

3 De ware Zoon van Abraham moet sterven
in de Jordaan, waarin de dood zich hult;
alle gerechtigheid wordt hier vervuld,
om zo het land de aarde te beërven.

4 Het water van de doop wordt wijn des Heren,
in Kana, waar maar Maria op het feest gelooft
dat Hij, de schenker van de Geest
hier uit het niets het leven weer doet keren.

5 O Jezus, Licht der wereld, volkenherder,
Gij die de sleutel zijt van Kanaän,
roep alle kinderen van Abraham
en help hen op hun lange wegen verder.

6 Gij, ster van Betlehem, Gij, wijn van Kana,
Gij die ons uitleidt door de Doodsrivier,
Gij die verschenen zijt, wees heden hier,
waar wij uw lof bezingen, halleluja!

Niek Schuman