Auteur: Richard C. Vervoorn
I will lift up mine eyes unto the hills.
from whence cometh my help?
My help cometh from the Lord
which made heaven and earth.
Psalm 121 is een lied voor onderweg. Het is het lied van de pelgrim. In Psalm 120 is de reiziger vertrokken uit Mesech en hij of zij zal in Jeruzalem aankomen in Psalm 122. Nu is hij op reis. Dat geeft een goed gevoel: Bevrijd.
Het kunstwerkje dat Sherri Trial heeft gemaakt bij bovenstaande verzen uit deze Psalm (121:1-2) brengen je in vakantiestemming. Mooie bergen met sneeuwtoppen, fris groen, een vogel (wat zou het voor een vogel zijn?) en de eekhoorn. Je krijgt zin om erop uit te gaan de natuur in. Een tijd om je naar lichaam en geest eens te ontspannen door andere dingen te doen in een andere omgeving.
Het is heerlijk als het kan: op vakantie. Als je de gezondheid en de kracht hebt en het financieel haalbaar is. Het geeft zo’n energie. Je gunt het iedereen, ook al weet je dat het voor sommigen niet weggelegd is.
Wat ik ook treffend vind, zijn de woorden die Sherri Trial heeft weergegeven. Je kunt op vakantie genieten van Gods schepping. Hij is het die hemel en aarde gemaakt heeft. Er spreekt ook een persoonlijke band uit. Mijn hulp komt van de Heer. Je mag op vakantie allerlei andere dingen doen. Je mag in een andere omgeving zijn. Als het goed is, gaat God met je mee. Daarmee bedoel ik: je blijft je richten op Hem. De dichter spreekt voor de reis zijn verwachtingen en zijn geloofsvertrouwen uit. Zijn hulp is van de Heer. Je geloof, je geloofsleven blijft niet thuis. Ook in vakantietijd mag je laten zien wat belangrijk is in je leven. Je bijbel en misschien een dagboekje zijn onmisbaar bij je reisbagage.
Een goede reis
Vanaf vers 3 spreekt de Psalm niet meer van ‘ik’ en ‘mijn’ maar van ‘je’ en ‘jouw’. Je zou kunnen zeggen het zijn de broeders en zusters van de reiziger die de dichter een goede reis toewensen. Het is een manier om een goede reis toe te wensen in gezondheid en ontspanning. Zo wil ik u allen een goede vakantietijd toewensen. Of u nu ver weggaat of thuisblijft: in principe zijn alle gelovigen op reis naar ‘Jeruzalem’. Op die reis, op uw vakantie wens ik U allen toe: Vaya con Dios! Of met de woorden van Psalm 121:
De HEER is je wachter,
de HEER is de schaduw
aan je rechterhand:
overdag kan de zon je niet steken,
bij nacht de maan je niet schaden.De HEER redt je uit alle kwaad,
hij waakt over je leven,
de HEER houdt de wacht
over je gaan en je komen
van nu tot in eeuwigheid.
Misschien is het een appelvink. Alleen de bek doet mij twijfelen.
Mooi schilderij. Bergen zijn altijd indrukwekkend.
Blijf bidden, juist in de vakantie! Bidt voor alles, voor ongemakken, voor de reisjes die je maakt in de vakantie ook. Dat de auto het blijft doen 😉 Hier in Afrika moet je dat wel doen…
Het blijft een ontroerende psalm.
Echt een reis psalm, ook een levensreis psalm.
Misschien kunnen diegenen die thuis moeten blijven, als “huiswerk” bidden voor diegene die onderweg zijn? Een broeder zei altijd: er moeten ook mensen zijn die op de bagage letten.
Het goede toegewenst, Agnes.